Mijn eerste reis in de koffie wereld.

Koffieplantage

Koffie is toch gewoon koffie?

Sinds ik een jaar of 16 – 18 ben (zo’n 15 jaar geleden), drink ik dagelijks koffie. Toen zag ik koffie vooral als een manier om wakker te worden — het was gewoon een standaard drankje. Verschillende smaken? Ach, ik dacht dat dat puur marketing was. Koffie is toch gewoon koffie?

Maar mijn kijk daarop veranderde naarmate ik meer leerde over koffie.

Kennismaking met koffieplantage

Het begon denk ik allemaal toen ik samen met mijn vrouw een lokale koffiebranderij (en koffieplantage) bezocht op Gran Canaria. Dit was de eerste keer dat ik echt besefte hoe complex en divers koffie eigenlijk is en ik stond er versteld van dat koffiebomen heel veel water nodig hebben per dag. Het moet zelfs speciaal geimporteerd worden vanuit het buitenland om ze van water te voorzien. De koffiebomen daar in Gran Canaria, omdat het een droog gebied is, hebben zo’n 10 liter water per dag nodig. Dit komt neer op zo’n 3650 liter per jaar! Bizar toch?

Deze plantage Finca los Castaños, gevestigd in Agaete, Las Palmas, liet me kennismaken met koffie op een manier die ik nooit eerder had ervaren. Overal om me heen stonden koffiebomen van verschillende soorten, elk met hun eigen unieke kenmerken.

Wat me meteen opviel, was de geur. Vers gebrande bonen hebben een compleet andere, diepere aroma dan de voorverpakte koffie uit de supermarkt. De eigenaar vertelde me gepassioneerd over het hele proces: van het plukken van de bonen tot het branden en zetten van de perfecte kop. We mochten ook de bonen branden, dit werd gedaan op een pannetje op het vuur. Want, ook een leuk weetje, is dat het eerst bessen zijn voordat ze het uiterlijk van de boon hebben. Hij vertelde ook dat bij het proces van bes naar gemalen koffie er veel verloren gaat. Voor zo’n 1 kilo aan gemalen koffie, heb je zo’n 7 kilo aan koffiebessen nodig. Niet gek dus dat goede koffie een prijskaartje heeft.

Mijn passie was geboren

Een jaar later bezocht ik, samen met mijn vrouw, een lokale bio boerderij. Toevallig zat daar ook een superkleine koffie branderij en winkeltje. Die man vertelde met passie waar zijn koffie vandaan kwam en welke parameters (zoals hij dat noemt) je kunt aanpassen om tot een perfect kopje koffie te komen. Vanaf dat moment was ik verkocht. Koffie werd voor mij niet meer zomaar een drankje, maar een passie. Ik begon te experimenteren met verschillende zetmethodes, van espresso tot slow coffee, en verdiepte me in de wereld van koffiebonen—waar ze vandaan komen en hoe dat de smaak beïnvloedt.

En nu, jaren later, begin ik mijn dag niet meer zomaar met een kop koffie. Ik geniet bewust van elke slok, wetende dat achter die simpele kop een enorme reis aan vooraf is gegaan en dat koffie niet zomaar ‘een bakkie pleur’ is.